Okazaki, tadaima
11 januari 2024

Okazaki, tadaima.
Okazaki, een stad aan de Tokaido lijn in de provincie Aichi. Met de trein ongeveer 40 minuten van Nagoya. Ongeveer halverwege Tokyo en Osaka, ongeveer halverwege Kyoto en Fuji san. Een rustige 'provinciestad' van rond de 90 vierkante kilometer met ruim 370.000 inwoners, met een meer dan gemiddeld aantal migranten uit Brazilië en Peru. En een flink aantal buitenlanders dat studeert aan Yamasa Institute. Er zijn veel tempels, shrines, parken en natuurlijk Okazaki Castle, de geboorteplaats van Togukawa Ieyasu.
Ineens is het zover. Het vertrek. Voor mij is afscheid nemen een dingetje. Je doet wat je wilt en tegelijk voelt het super melancholiek. Al die regen al wekenlang helpt ook niet erg. Gelukkig verliep de reis als een zonnetje. De vertraging van 30 minuten werd ingelopen en we landden in Osaka op tijd na een vliegtijd van 11.45 uur. Je kunt van tevoren via de site Visit Japan Web immigratie- en douaneformulieren invullen. Met een ontvangen QR-code loop je dan zo door alles heen. Alleen moet je nog minimaal een keer of drie je paspoort laten zien en uitleggen wat je komt doen. Zodra je de aankomsthal binnenkomt, staan er een aantal ATM machines. Super handig om meteen contant geld te hebben, hoewel je in Japan bijna overal kunt betalen met creditcard en elektronisch via diverse apps op je telefoon. Een Nederlandse bankpas, ongeacht hoe deze is ingesteld, doet het gek genoeg niet overal.
Zonder JR Railpass hoef je meestal niet in de wat langere rij voor gewone kaartjes te staan. Een aardige meneer achter het loket maakte mijn reserveringen op zo een manier dat ik overal wat meer overstaptijd had die ik graag wilde in verband met een 23 kilogram zware koffer én een rolkoffertje. Dan ga je liever met een lift dan met een roltrap. Uiteindelijk kwam ik een half uur te vroeg aan op mijn bestemming JR Okazaki station. Via Line, de Japanse WhatsApp, had ik de school gemeld dat ik vroeger zou zijn en de chauffeur was er inderdaad al snel.
De LINE app is ooit ontstaan na de zeebeving die wij kennen als de Fukushima ramp in 2011. In die periode was communicatie via het internet ongeveer het enige waarop men kon vertrouwen. Toen is LINE in het leven geroepen.

Dan ben je bij je appartement, zoals dat heet, en sta je in je thuis voor de komende drie maanden, tollend van reisvermoeidheid en bruisend van energie tegelijk. Wat doe je? In mijn geval: doorhalen! De woonruimte van ongeveer 29 vierkante meter is min of meer gestoffeerd inclusief een mini bureau en een uit een houten plank bestaand bed. Het via Amazon Japan bestelde matras en de futon met toebehoren waren aangekomen. Allemaal vacuüm verpakt. Bij het openen van de pakketten veel gesis en ontploffend plastic en ineens heb je een bed. Alle overtollige bende weggegooid, bed opgemaakt en naar de winkels om een en ander aan te schaffen als overlevingspakket. Dat betekende: stil en bruisend water, thee, koffie, mugi shochu, bananen, iets hartigs, iets zoets, mijn favoriete ijsjes (Lotte Monaco vanille), chocoladewaterijsje (chocolate ice bar black) en een paar glazen om uit te drinken.
En dan wil je nog eten en niet meteen koken. Het aanbod aan restaurants op wenselijke loopafstand is beperkt. Uiteindelijk werd het de okonomiyakizaak op ongeveer vijf minuten lopen van mijn huis. Ik had niet gerekend op de weekenddrukte met families en vriendengroepen van minstens vijf personen. Dat werd een uur wachten. En als je denkt dat je daarna makkelijk een uur of 24 kunt slapen, dan heb je het goed mist. Het werd helemaal niks. Dat beloofde wat voor de zondag.
En inderdaad verliep zondag in een jetlagverduistering. Koop dan vooral niet iets belangrijks, want je maakt de bizarste keuzes en vraagt je dagen later af waarom je in hemelsnaam dat steelpannetje dat niet op je inductieplaat past of dat foute truitje hebt gekocht. Heerlijke sushi gegeten bij Totomaru. Met een mega haibouru erbij. Dat is echt zo een veilig drankje van heel veel ijs, heel veel soda en heel weinig whisky. Eerlijk gezegd was deze nog wel een paar slagen groter dan ik had verwacht. Ik denk wel een liter. Is bijna angstaanjagend en tegelijk heerlijk bij vreselijke dorst (jetlag?!) Doordat er weinig alcohol in zit kan dat ook gewoon bij de lunch.

Bij de verschillende ingangen van Aeon Shopping mall staan trouwens ook nu nog temperatuurmeters die je kunt gebruiken als je niet zeker bent van je zaak met betrekking tot gezondheid. Verhoging of koorts is minimaal mondkapje op of huiswaards keren.

Maandag verliep iets helderder. Eerst naar school geweest om me te melden, wat geheel overbodig bleek te zijn. Ze hadden niets van mij nodig. Het was bovendien een feestdag. “Coming of age day”, de tweede maandag in Japan. Een van de feestdagen op maandag die in het leven zijn geroepen om het overigens vakantiearme leven van Japanners op te vrolijken. Langer dan tien dagen laat men de baas liever niet aan zijn lot over. Ter compensatie zijn daar de lange weekends voor. De feestdag voor het bereiken van volwassenheid is voor iedereen die het afgelopen jaar de leeftijd van 20 jaar heeft bereikt, want dat is inmiddels de wettelijke leeftijd daarvoor in Japan. Dit wordt gevierd met feestjes, men kleedt zich mooi aan, soms traditioneel in prachtige kimono en soms gaat men naar de tempel.
Aan het einde van de dag had ik inmiddels, dacht ik, al mijn benodigdheden bij elkaar gesprokkeld. In de best wel ruime keuken staat tot mijn vreugde dit keer een flinke koelkast met een goed vriesvak. De keukenkastjes kan ik niet bij. Die zijn op advies van eerdere leerlingen op ‘westerse’ hoogte gehangen. Dat moeten grote mannen zijn geweest of flink uit de kluiten gewassen vrouwen. Zelfs met een opstapje kom ik er niet bij. Een ‘doe het zelf’ pakket toverde ik met een op maat aangeschafte kruiskopschroevendraaier om tot een soort keukenkastje waarin ik mijn basisvoorraad kan plaatsen en waarop de aanwezige inductieplaat kan staan, het enige tot mijn beschikking staande kookapparaat. Zodoende blijft er ruimte op de aanrecht over voor de rijststomer.

Dinsdag 9 januari dwong ik mezelf om op tijd op te staan. Geslapen of niet. Het was flink koud, min 2 graden maar wel met zo een sterke winterzon die alles scherp lijkt te verlichten. Ik liep via een andere route dan gebruikelijk. In mijn allereerste studietijd-dagboek dat ooit als het boek Fushigi in 2011 werd uitgegeven, schreef ik over mijn dagelijkse verwondering. Zelfs nu na meer dan tien jaar voelde ik die verwondering opnieuw. Over de afstand van misschien een halve kilometer kom je een verwarrende keur aan architectuur tegen van lelijke prefab tot mooie prefab eengezinswoningen tussen flatgebouwen met daartussen een open veldje waar van alles wordt verbouwd. Of een lila huis van iemand die van kikkers houdt. En dan ineens daartussen een prachtig traditioneel huis met een gevoelige tuin wat daar misschien al ik weet niet hoe lang staat.



Soms blijkt een huiskamer een winkeltje te zijn met van die typische kleding van vesten en lange rokken in poederige onbestemde kleuren waarin je wat oudere Japanse dames ziet. Of achter een kanten gordijn zit een kapper, herkenbaar aan de gestreepte kapperspaal bij de voordeur. Of een winkel gespecialiseerd in T-shirts en hoodies met vaak Engelse en soms Franse teksten. Tot nu toe heb ik elke dag minstens een kilometer op 7-8 gelopen. Vandaag hield ik het rustiger en was ik terug voor de zon onderging (rond een uur of vijf).